Onze club kan niet zonder vrijwilligers. Sommigen zie je veel en vaak, anderen doen in stilte of achter de schermen hun werk. In deze rubriek leren we onze vrijwilligers kennen door hem of haar een aantal vragen te stellen. Deze keer is het de beurt aan Ruud Wiersma (60).
Zoals veel mensen inmiddels weten, is Ruud onze voorzitter. Binnenkort is dat niet meer zo, want hij gaat met zijn vrouw Corrie verhuizen naar Nijmegen. Ruud heeft een lange geschiedenis bij DESS, dus is dit een mooi moment om terug te kijken op die hele periode.
We beginnen bij het begin. Ruud wordt geboren in Amsterdam. Op z’n tiende ging hij daar op voetbal (eerder mocht in die tijd niet), maar dat duurde niet lang. Niet veel later verhuisde het hele gezin naar Hoorn. Ruud en zijn broers voetbalden daar hele dagen op straat met de rest van de buurt. De Wiersma’s vielen op en al snel stond de voorzitter van Zwaluwen ’30 op de stoep om de jongens in te lijven voor zijn club. “Ik weet nog dat we daar eens 2 tegen 2 speelden. De winnaar mocht blijven staan, de verliezer moest het veld uit om plaats te maken voor een volgend tweetal. Mijn broertje Martin en ik kwamen in het veld en zijn er de hele avond niet meer uit geweest. Een jaar later stapten we over naar Hollandia. Al mijn klasgenoten zaten bij die club, dus dat was leuker voor ons. Wat ik me van Hollandia nog goed herinner was het “kwartetvoetbal”. Je ging dan met de C1, C2, B1 en B2 in een bus naar een andere grote club en daar speelde de C2 tegen hun C2 enz. Zo moedigde je elkaar aan en speelde je je eigen wedstrijd. Lange, maar leuke dagen waren dat.”
“Na de B1 mocht ik meteen naar de A1 en later naar de selectie. Ik speelde daar altijd in het tweede en wilde op een gegeven moment in een eerste elftal spelen. We zijn toen met een grote groep spelers overgestapt naar HSV Sport en hebben daar in het eerste gespeeld. Na een aantal jaar gingen we weer terug naar Hollandia en speelde ik bij Hollandia zaterdag.”
“In 1995 kwam ik bij DESS voetballen. Ik leerde Corrie kennen in Hoorn. Zij werkte in De Vang en ik kwam daar dus ook wel eens. Peter Manshanden was daar toen ook en via hem kwam ik bij DESS terecht. Tijdens mijn periode als voetballer bij DESS ben ik mijn trainersdiploma’s gaan halen. Ik heb hier 2 jaar de jeugd getraind. Eerst de F-jes en daarna de A1. Toen ik stopte als speler ben ik 2 jaar trainer geweest bij de jeugd van Blokkers. Vanaf 2002 werd ik hoofdtrainer bij DESS. In mijn 1e jaar degradeerden we. In het 2e jaar eindigden we in de middenmoot en in het 3e jaar werden we kampioen. Dat was op 03-04-’05, een mooie datum die ik niet zal vergeten. Ik spreek nog regelmatig jongens van dat team en ik hoor vaak dat ze dat seizoen heel graag nog een keer over willen doen als dat kon.”
“In de jaren daarna hebben we vaak de nacompetitie gehaald, maar promoveerden we niet meer. Na 7 seizoenen vond ik dat het tijd was dat de jongens een nieuw gezicht voor de groep zouden krijgen. Ik ben toen trainer geworden bij AVS ’55 in Venhuizen. We speelden daar met DESS een uitwedstrijd en ik werd daar de bestuurskamer ingetrokken met de vraag of ik het volgende seizoen daar trainer wilde worden. Na een paar gesprekken werd ik daar aangenomen. Na 4 seizoenen ben ik weer teruggekeerd naar DESS en ben ik nog 4 seizoenen trainer geweest. Het sollicitatiegesprek was bij John Keesom op kantoor. Ron de Boer was de eerste 7 jaar al mijn assistent en ook nu werd hij zo’n 2,5 jaar mijn assistent. Daarna stopte hij en nam John Keesom die rol over. In die tweede periode promoveerden we alleen doordat steeds de onderste klasse werd opgeheven. De resultaten waren verder niet speciaal.”
“Na die 4 jaar zou ik weer weg gaan. Ik had al een nieuwe club (AGSV), maar ik hoorde ook dat ze een voorzitter zochten bij DESS. Ik heb toen AGSV afgezegd en ben voorzitter geworden. DESS zit toch in je hart en als de club je nodig heeft, dan neem je die rol aan. Marc van Estrik had bij DESS gesolliciteerd, maar werd niet de trainer. Ik heb toen bij AGSV gezegd dat hij beschikbaar was en zo werd hij daar trainer en liet ik AGSV door mijn afzegging niet met een probleem achter.”
Wat doet een voorzitter eigenlijk?
(Lachend):”Eigenlijk niks. Je kan alles delegeren.” Op zich heeft Ruud gelijk, maar voordat je dat hebt bereikt zal je eerst hard moeten werken om alles op de rit te krijgen. Dat heeft hij dan ook gedaan: “Zeker in het begin heb ik de gaten die open vielen gedicht. Ik heb bijvoorbeeld gevlagd bij het eerste als dat nodig was en soms een bardienst gedraaid. Binnen het bestuur doen alle bestuursleden hun eigen ding en ik contoleer of dat allemaal goed gaat. We hebben nu goede mensen op de goede posities zitten. Ik laat het dan ook met een gerust hart achter, al zou het wel fijn zijn als er een nieuwe voorzitter komt.”
“Wat ik verder als voorzitter doe is het optreden in de pers als dat nodig is. Bij DESS is dat niet heel vaak, maar als mensen een stukje in de krant willen, vragen ze toch snel naar de voorzitter. Je kan dan de club mooi verkopen naar buiten toe. Een ander aspect is dat je ook voor veel mensen een soort vertrouwenspersoon bent. Mensen weten je te vinden en vertellen je wat ze dwars zit. Ik bied dan een luisterend oor en probeer ze te helpen met de dingen waar ze mee zitten. Het is mooi dat mensen dat vertrouwen in je hebben. Misschien is het niet echt de taak van een voorzitter, maar het is wel belangrijk. Als laatst dien je als voorzitter ook naar voren te stappen bij problemen die zich voordoen.”
Ook in zijn werk als pensioenspecialist komt dit naar voren: ”Ik help studenten die bij ons komen werken met de moeilijkere vraagstukken die ze hebben en werk bij de klantenservice. Contacten met klanten vind ik leuk. Ook daar help ik mensen met de vragen en problemen die ze hebben. Ik zit sinds eind jaren ’80 in dit werk en tegenwoordig ga ik 2 dagen naar Utrecht en werk ik 3 dagen thuis.
Na de HAVO heb ik mijn dienstplicht in Den Helder gedaan. Daar had ik mijn eerste kantoorbaan. Daarna zocht ik werk en via de directeur van de sponsor bij HSV Sport ben ik in de pensioenen gerold.”
Buiten zijn werk en DESS is Ruud nog biljarter bij Jong Leven. Ook daar is hij voorzitter. Een andere hobby is muziek. 19 jaar speelde hij in verschillende bands. Door het voetbal is die hobby stil komen te liggen. Nu hij naar Nijmegen gaat, neemt hij eerst een periode rust. “Ik ga niet meteen weer vol het vrijwilligerswerk in. Misschien dat ik een biljartclub in de buurt zoek, maar verder ben ik wel even toe aan een periode zonder veel verplichtingen.”
Als afsluiter toch nog even over DESS: “Wat echt iets is waar DESS trots op mag zijn is dat je als buitenstaander snel wordt opgenomen en geaccepteerd in de club. Ik heb dat zelf als buitenstaander meegemaakt en zie dat al die tijd ook bij andere buitenstaanders die binnen komen. Ik denk niet dat dat bij alle andere clubs zo goed gebeurd als bij ons.”
“Een minpuntje (maar tegelijkertijd ook eigenlijk een pluspunt) vind ik dat er heel veel mensen zijn die iets willen doen voor de club. Als er klussen gedaan moeten worden staan er veel mensen klaar, als er iets verbouwd moet worden komen er veel mensen helpen, maar voor de vaste, grotere klussen, zoals het voorzitterschap, het regelen van de kantine of jeugdtrainer worden is het erg moeilijk om mensen te vinden. Iedereen wil wel eens wat doen, maar wel op een tijd dat het uitkomt of een korte periode.”
“Ik ga naar Nijmegen, maar kom zeker nog af en toe terug om te kijken hoe het hier gaat. DESS zal toch altijd mijn club blijven.”